parelmoervlinder
algemene Nederlandse naam voor een 50-tal soorten vlinders, die talrijke parelmoerachtige of anders gekleurde vlekken op de vleugels bezitten, bijvoorbeeld : Grote parelmoervlinder, Duinparelmoervlinder, Bosparelmoervlinder, enz. Parelmoer of paarlemoer is de vertaling van het Nieuwlatijnse mater perlarum, d.w.z. moeder, voortbrengster van parels, een grote schelp die dikwijls een groot aantal parels bevat; moer = moeder; Frans: mère perle, Engels: mother-of-pearl, Duits: perlmutter. Parelmoer is nu ook de zilverachtige, glanzende stof die de binnenkant van de schelpen van bijvoorbeeld een oester of een zwanenmossel bekleedt. [WD]