Etymologiewiki:Lijst gemelde ontbrekende woorden/S: verschil tussen versies

Uit Etymologiewiki
Ga naar: navigatie, zoeken
Regel 189: Regel 189:
  
 
'''[[stochast, stochastisch]]'''
 
'''[[stochast, stochastisch]]'''
 +
 +
'''[[stommiteit]]'''
  
 
'''[[stompzinnig]]'''
 
'''[[stompzinnig]]'''

Versie van 17 mei 2017 om 07:16

Terug naar: Etymologiewiki:Lijst gemelde ontbrekende woorden

saamhorigheid

saboteur

saccade

Saks, Saksisch

sahara

salderen

sapperdeflap Pipo de Clown

saur Ik ben al een hele tijd op zoek naar de herkomst, onstaan, betekenis van het woord saur. Het is de benaming van een klein gebied in het dorp Sevenum, Limburg. Op oude kaarten staat het ook wel genoemd in combinatie met andere gebiedje het most, dit wordt dan Saurmoost. Door het gebied loopt een straat die saardijk heet. Ook is er in de regio een een viaduct wat zaerderheide heet. De herkomst van de naam Sevenum wordt afgeleid van het feit dat er zeven boerderijen een gehucht vormden. (Zeker is dit echter niet). In het dialect wordt Sevenum ook wel uitgesproeken als Zaerum. Kunnen de woorden saur, saar, zaer een gemeenschappelijke betekenis hebben? Lang heb ik gedacht dat saur gewoon zuur betekent todat ik het een keer probeerde op te zoeken en tot mijn verbazing nergens terug te vinden is.

Scandinavië

schaambeen

schabauw staan In de rouwstand staan van molenwieken

schamperen

schathemelrijk

schatkist

schaverdijnen, een verouderd synoniem van "schaatsen op ijs"

  • Wellicht verwant met 'scheuvelen', wat een Gronings woord voor schaatsen is? Zie [1]
  • In het verleden ook "schuiverdijnen" en "schuiverduinen" - wellicht verwant aan schuiven, maar het tweede deel is me dan nog steeds een raadsel.

scheldkanonnade

schele kaketoe

scherpzinnig

schieter schietplank van de bakker

schietlood

schippersklavier

schitterend

schmieren

schol 'proost'

Niet zeker genoeg om het op de site te zetten, maar het lijkt me waarschijnlijk dat dit van het Scandinavisch 'skål' is afgeleid - Andre 27 aug 2014 21:16 (CEST)

schompes, in: zij kunnen het schompes krijgen; zich het schompes lachen, werken, schrikken, zich te barsten lachen, schrikken (NB. Ik ben rond 80 jaar en kwam dit woord vaak tegen in mijn jeugd in mijn geboortestad Den Haag. Het lijkt mij dan ook een typisch woord uit het westen van ons land, met name Den Haag en Rotterdam. In de Achterhoek (Gld) waar ik sinds 1974 woon, heb ik het nog nooit gehoord of het was van een import Achterhoeker.]

schoolslag

schouwburg De naam Schouwburg werd bedacht door Vondel. Met 'schouw' en 'burg' verwees Vondel naar een plaats waar men kon kijken. Het van het Griekse woord 'theatron' afgeleide schouwburg werd door de tijd heen zo'n populaire benaming dat het van een eigennaam is verworden tot een soortnaam.

schuttingtaal

sclerotium

sedatie

selfie

separatie

shaitan

sibilant

sidekick

signaleren

sinken: Het in onze regio Meetjesland wordt het woord sinken regelmatig gebruikt in de betekenis van onnozelheden, bijkomstigheden, overbodigheden. Voorbeelden: met al zijn/haar sinken.

sjaak (uitdrukking: de sjaak zijn)

skeuomorfisme

slaapkamer

slaggaard stok, met enkele merktekens, waarmee men kan bepalen of het vaarwater nog voldoende diepte heeft.

slagtand

slagzin

sleehak

smeergeld

smeltkroes

smoutletter

sneltrein

sneupen 1989(NL) J.A. Brongers publiceert het ABCDarium voor de boekensneuper. Sneuper (verwant met Nederlands snoepen) betekent in het Fries ‘iemand die erop loert iets te krijgen, snuffelaar’ en ‘amateur die uit liefhebberij een bepaalde wetenschap beoefent’. De term boekensneuper raakt onder boekliefhebbers snel ingeburgerd.

snoodaard

sociologie

soebatten: De herleiding van het woord soebatten tot het Maleise woord sobat is onjuist. Dat poneerde ik al in de zevende stelling van mijn proefschrift Ternate, de Molukken en de Indonesische archipel (Leiden, 1987). Die stelling luidde: “Ten onrechte wordt het Nederlandse woord soebatten, ‘vleiend vragen’, doorgaans afgeleid van het Maleise woord sobat, ‘vriend’ (zie bijvoorbeeld Van Dale Groot Woordenboek der Nederlandse Taal, 11e druk, s.v. soebatten). In werkelijkheid gaat het woord soebatten zo goed als zeker terug op het al in de 17e eeuw in de Molukken, en met name ook op Ternate, voorkomende woord suba (Mal. en Jav. sembah) voor een met tegen het voorhoofd gevouwen handen gebrachte eer(bieds)betuiging aan een vorst of een andere meerdere, waarmee al dan niet een verzoek gepaard gaat. Zie bijvoorbeeld Tiele, Bouwstoffen, II, 1890: 122: ‘siet hier is den genen die uwen Coninck wesen sal [namelijk: de zojuist tot sultan van Ternate verkozen kaicil Hamza], waer voor ghij soubatten sult …’. Zie verder onder meer ook Tiele, Bouwstoffen, II, 1890: 316.” Aan mijn oorspronkelijke stelling kan ik nog het volgende toevoegen. In het Ternataans, een niet-austronesische taal die op het eiland Ternate wordt gesproken en door Ternatanen die verblijf houden op het eiland Halmahera, betekent het woord suba eigenlijk ‘de sembah maken’, en vandaar ‘buigen voor’, ‘eer betuigen’, ‘respect betonen’, ‘vereren’, ‘huldigen’. In Ternataanse teksten kwam ik vaak de frase suba jou kolano tegen (spreek uit: soeba djow kolano), waarmee de sultan door een ondergeschikte of een onderdaan werd begroet. Deze frase is te vertalen als: ‘ik buig voor u heer vorst’, maar ook als ‘ik betuig mijn onderdanigheid voor u heer vorst’, of ‘ik betuig nederig mijn respect voor u heer vorst’. Op het hedendaagse Ternate is suba ook de term voor het formeel en ceremonieel aan een vader ten huwelijk vragen van zijn dochter door voor hem knielen en hem bij de enkels vast te pakken. In 17e-eeuwse Nederlandse verslagen komt de term ‘soebatten’ (of: soubatten) voor als vernederlandsing van de Ternataanse term suba. Voorbeelden: ‘Den tolck ende anderen verclaeren soo’t schip dat ongeluck niet overcommen waere, t’ conde geen drye dagen tardeeren oft souden wel 5000 Coulangers, soo mannen als vrouwen ende kinderen in handen gecregen hebben, die se op een berch beset ende alle victualien affgesneeden, soodat voor haer geen uytcomste was ende van selffs souden hebben comen moeten soubatten. …’ [1625, 26 maart, gouverneur der Molukken Jacques Le Febre aan de gouverneur-generaal: Tiele, P. A., Bouwstoffen voor de geschiedenis der Nederlanders in den Maleischen archipel II (‘s-Gravenhage 1890) 44]; ‘Sijn mette selve nevens 2 compagnien Tarnatanen ten huyse van Citchil Hamsia gegaen, seggende tegens de voorsz. Sengages ende andere overicheyt: siet, hier is den genen die uwen Coninck wesen sal, waer voor ghij soubatten sult; den genen dieder yets tegen heeft, oft sulcx niet begeert te doen sullen wij dadelijck den cop afsmijten. Waer mede den Hoccum ende den (sic) Soyasives soubatten, gelijck insgelijcx daer op d’ andere altsamen volchden. …’ [1627, 16 aug., gouverneur der Molukken Jacques Le Febre aan de gouverneur-generaal: Tiele, P. A., Bouwstoffen voor de geschiedenis der Nederlanders in den Maleischen archipel II (‘s-Gravenhage 1890) 122]; ‘In somma verschijnen alle bij hem, doen haer beclach, hoe dat in haere laetste vergaderinge den Coninck haere faulten hadde vergeven, ende tot meerder bewijs van gehoorsaemheyt hadden nu mede in de vergaderinge gebracht de resterende Overicheyt lest absent sijnde, ende soo ‘t sijne Mat gelieffde wilden op nieuws wederomme soubatten ende getrouwicheyt sweeren. …’ [1631, 7 april, gouverneur der Molukken Gijsbert van Lodensteyn aan de gouverneur-generaal: Tiele, P. A., Bouwstoffen voor de geschiedenis der Nederlanders in den Maleischen archipel II (‘s-Gravenhage 1890) 191]; ‘Ende doen wij met dit boven verhaalde doende waeren, soo zijn de Christenen onderdanen van de Hollanders bij mij gesonden, als wanneer wij alle onse macht te water geseth hebben ende naer Hittoe geschept zijn, ende doen wij daer gecomen waeren soo sijn 5 Christen Negerijs met namen Laricque, Wackesieuw, Alangh, Lilleboy ende Hatou ons toe gevallen ende hebben voor Uwe Mayt gesoebat; dit is geschiet op Hittoe in presentie van 4 Soas van Louhoe --- Dry negerys op Vleasser, met namen Olat, Sorre Sori ende Touhaha blijven bij de Hollanders ende hebben haer noch niet verlaten. Boy, Haria, Babelle, Boulot ende Tiobo, hebben alle voor Uwe Mayt gesoebath. …’ [1636, in het Nederlands vertaalde brief van de Ternataanse stadhouder of gouverneur kimalaha Leliato in de Ambonse gewesten aan de vorst van Ternate Hamza: Tiele, P. A., Bouwstoffen voor de geschiedenis der Nederlanders in den Maleischen archipel II (‘s-Gravenhage 1890) 316]. Zoals in de stelling bij mijn proefschrift al aangegeven, is het Ternataanse woord suba ontleend aan het in het Maleis, Javaans en ook in het hedendaags Indonesisch voorkomende woord sembah. Dit woord staat voor een respectvolle, eerbiedige begroeting met betoon van onderdanigheid, waarbij men vroeger door de knieën ging en de met de handpalmen tegen elkaar gebrachte handen naar het voorhoofd bracht. Tegenwoordig gaat men niet meer door de knieën, houdt men het bij een licht buiging en brengt men de handen niet verder dan tot de bovenkant van de borst. In het Maleis, Javaans en het Indonesisch wordt het woord sembah ook gepaard aan het woord hyang, waarmee een bovennatuurlijke wezen, een geest, god, de goden of de voorouders worden aangeduid. Het resultaat is het zeer gangbare woord sembahyang, dat eigenlijk dus’ de bovennatuurlijke wezens begroeten’ betekent, maar dat nu het gewone, ook door moslims gebruikte, woord voor ‘bidden’ is. Reeds in bronnen uit de eerste helft van de 17e eeuw komt dus de term ‘soebatten’ voor, en wel in een glasheldere betekenis, als ‘vernederlandsing’ van de Moluks- Maleise term suba. Als we bedenken dat oude betekenis van het Nederlandse woord ‘bidden’ ook ‘verzoeken’ is, dan sluit het aan het in de Noord-Molukken gangbare woord suba ontleende woord ‘soebatten’, in de betekenis van ‘aanhoudend vragen’ of ‘smeken’, zeer goed aan bij de betekenis niet alleen van het woord suba, maar ook van het woord sembahyang! Goes, 8 november 2014-11-08 Chris F. Van Fraassen.

soemel (antwerps): teil

solvabiliteit

Spaans in de uitdrukking Spaans benauwd. Komt dit van: In spanje is het erg warm of ligt de herkomst verder weg? Zeg maar toen Nederland bezet werd door de spanjaarden en als de spanjaarden bv aan de deur klopten de mensen in huis het Spaans benauwd kregen?

  • Op het internet heb ik in elk geval twee verklaringen kunnen vinden. De eerste is inderdaad uit de tachtigjarige oorlog, maar dan met de Spanjaarden als lijdend voorwerp van het benauwen (door Willem van Oranje), de tweede is dat het is afgeleid van de Spaanse griep, de grootste griepepidemie uit de geschiedenis in 1918-1919. Wie zoekt dit verdeer uit?

Spaans groen

spaarvarken

spanningsboog

specialist

specimen

speeltuin

spekglad

spekkoper

speksteen

spiegelglad

spijsvertering

spik en span

spillemaag

spitant

spitsburger

spoorstaven

spragen, westfries 'zonnen'

staalkaart

stante pede

stamboom

stapsteen

starnakel in de uitdrukking starnakel zat (straal bezopen)

statiegeld

stedebouw

steenbok

steenkolenengels

stelselmatig

stemming

steunbeer

stevelen (van een schip)

stevia

stipstamp, stimpestamp stamppot rauwe andijvie

stochast, stochastisch

stommiteit

stompzinnig

stoomcursus

stootgaren, wordt gebruikt bij het op vertrek melden van zeeschepen. Ik lig op stootgaren. dwz ik sta op het punt van vertrek, nog enkele trossen vast maar klaar om los te gooien.

stoutmoedig

stridor

striduleren

strijder

strontje cyste op het ooglid

stroomlijnen, gestroomlijnd

stroopsoldaat 'iem. die precies doet wat de baas zegt om er beter van te worden'

struikelblok

stucadoor - staat wel degelijk in de etymologiebank, maar met de spelling stukadoor

sturing

suburbanisatie

suikerbrood

suikerspin

supermaan

swaffelen

symboliek

synchronisatie