Etymologiewiki:Lijst gemelde ontbrekende woorden
Op de etymologiebank is aan gebruikers de mogelijkheid geboden een melding te maken van woorden die ze hebben opgezocht maar die nog niet zijn opgenomen in de etymologiebank. Hieronder een lijst van deze woorden. Iedereen is van harte uitgenodigd op de Etymologiewiki de etymologie van deze woorden te beschrijven of een eerste aanzet daartoe te doen. Belangrijk is om te beginnen vast te stellen wanneer het woord voor het eerst in het Nederlands is gebruikt. Het eerste voorkomen kan bijvoorbeeld worden opgezocht in de historische krantenbank van de KB of de historischekrantenpagina.
Lijst van gemelde woorden waarvan de etymologie ontbreekt:
A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X - Y - Z
raap in de uitdrukkingen de rapen zijn gaar en recht voor zijn raap.
reeuws wellustig
ribo- in ribosoom, ribose, riboflavine
rijsbes (Vaccinium uliginosum)
sapperdeflap Pipo de Clown
saur Ik ben al een hele tijd op zoek naar de herkomst, onstaan, betekenis van het woord saur. Het is de benaming van een klein gebied in het dorp Sevenum, Limburg. Op oude kaarten staat het ook wel genoemd in combinatie met andere gebiedje het most, dit wordt dan Saurmoost. Door het gebied loopt een straat die saardijk heet. Ook is er in de regio een een viaduct wat zaerderheide heet. De herkomst van de naam Sevenum wordt afgeleid van het feit dat er zeven boerderijen een gehucht vormden. (Zeker is dit echter niet). In het dialect wordt Sevenum ook wel uitgesproeken als Zaerum. Kunnen de woorden saur, saar, zaer een gemeenschappelijke betekenis hebben? Lang heb ik gedacht dat saur gewoon zuur betekent todat ik het een keer probeerde op te zoeken en tot mijn verbazing nergens terug te vinden is.
schaverdijnen, een verouderd synoniem van "schaatsen op ijs"
- Wellicht verwant met 'scheuvelen', wat een Gronings woord voor schaatsen is? Zie [1]
- In het verleden ook "schuiverdijnen" en "schuiverduinen" - wellicht verwant aan schuiven, maar het tweede deel is me dan nog steeds een raadsel.
schieter schietplank van de bakker
schompes, in: zij kunnen het schompes krijgen; zich het schompes lachen, werken, schrikken, zich te barsten lachen, schrikken (NB. Ik ben rond 80 jaar en kwam dit woord vaak tegen in mijn jeugd in mijn geboortestad Den Haag. Het lijkt mij dan ook een typisch woord uit het westen van ons land, met name Den Haag en Rotterdam. In de Achterhoek (Gld) waar ik sinds 1974 woon, heb ik het nog nooit gehoord of het was van een import Achterhoeker.]
sinken: Het in onze regio Meetjesland wordt het woord sinken regelmatig gebruikt in de betekenis van onnozelheden, bijkomstigheden, overbodigheden. Voorbeelden: met al zijn/haar sinken.
sjaak (uitdrukking: de sjaak zijn)
slaggaard stok, met enkele merktekens, waarmee men kan bepalen of het vaarwater nog voldoende diepte heeft.
sneupen 1989(NL) J.A. Brongers publiceert het ABCDarium voor de boekensneuper. Sneuper (verwant met Nederlands snoepen) betekent in het Fries ‘iemand die erop loert iets te krijgen, snuffelaar’ en ‘amateur die uit liefhebberij een bepaalde wetenschap beoefent’. De term boekensneuper raakt onder boekliefhebbers snel ingeburgerd.
soemel (antwerps): teil
Spaans in de uitdrukking Spaans benauwd. Komt dit van: In spanje is het erg warm of ligt de herkomst verder weg? Zeg maar toen Nederland bezet werd door de spanjaarden en als de spanjaarden bv aan de deur klopten de mensen in huis het Spaans benauwd kregen?
- Op het internet heb ik in elk geval twee verklaringen kunnen vinden. De eerste is inderdaad uit de tachtigjarige oorlog, maar dan met de Spanjaarden als lijdend voorwerp van het benauwen (door Willem van Oranje), de tweede is dat het is afgeleid van de Spaanse griep, de grootste griepepidemie uit de geschiedenis in 1918-1919. Wie zoekt dit verdeer uit?
spragen, westfries 'zonnen'
starnakel in de uitdrukking starnakel zat (straal bezopen)
stevelen (van een schip)
stipstamp, stimpestamp stamppot rauwe andijvie
stootgaren, wordt gebruikt bij het op vertrek melden van zeeschepen. Ik lig op stootgaren. dwz ik sta op het punt van vertrek, nog enkele trossen vast maar klaar om los te gooien.
stroopsoldaat 'iem. die precies doet wat de baas zegt om er beter van te worden'
tauw, tauwlaag, tau Zuidwest-Limburgse term: harde kalkbank ontstaan door verkitting van een kalksediment in een vroeg stadium na afzetting, gedurende een fase van lage sedimentatiesnelheid. Het is een laag die zich kenmerkt door een grotere hardheid dan de boven/onderliggende lagen kalksteen. Lokaal mergel genoemd. Een andere benaming is Heerd (heerdlaag).
taxiën sinds circa 1930, van taxi, overdrachtelijke betekenis, in het Engels is de betekenis bekend sinds 1911, dus wrs daaraan ontleend
tegenwoordigheid: -- van geest
terril een Vlaams woord voor een steenberg bij een koolmijn. We hebben het geleend bij onze Waalse landgenoten, die voor ons steenkoolmijnen en dus steenbergen hadden. Het is dus oorspronkelijk een Waals of Belgisch-Frans woord, afgeleid van terre. In het Engels is het spoil heap, in het (Brits) Engels is ook: (colliery) spoil tip.
theedoek oorspronkelijk een doek waarmee theekopjes en andere vaatwerk werden afgedroogd, maar waarom juist theekopjes en niet bijvoorbeeld koffiekopjes? En hoe heette zo'n ding dan vroeger? De benaming theedoek stamt uit de 18e eeuw.
tijdelijk geheugenverlies, of tga
toestendig = behorende aan, vooral Oost-Nederlands
Uilenburg, Uylenburg, Uulenborg, deze benamingen komen in meerdere steden voor
uitbuiken (in de informele betekenis: na het eten nog even aan tafel blijven zitten om het eten te laten zakken)
uitscheiden ophouden
vandiktebank houtbewerkingsmachine
veelplaatser iemand die veel advertenties (online) plaatst
velddief(stal) steler (het stelen) van gewassen of vee van het veld
verjongen, in de betekenis van dunner worden, schuin aflopen, in omvang of gewicht afnemen zoals bij zuilen of voorwerpen, komt het woord wellicht van het Duits verjüngen met dezelfde betekenis.
verlaat, het verlaat: Is dit woord niet afgeleid van een kleine donkere diepe ruimte ( alleen met ladder bereikbaar ) in het kasteel van ( landheer of koning ) , waar gevangenen in werden gehouden? Men waande zich daar in die kleine donkere stille ruimte echt alleen op de wereld, 'verlaten'.
- De afleiding in de etymologiebank (van een ander Mnl. werkwoord "verlaten" = (onder andere) overgieten) lijkt me eerlijk gezegd logischer. - Andre 14 sep 2011 17:22 (CEST)
vijf voor twaalfin het Nederlands begint de uitdrukking aan het eind van de Tweede Wereldoorlog, en verder zou er wel eens een relatie kunnen zijn met: http://nl.wikipedia.org/wiki/Doemdagklok
volatiel in financiële berichten
voldingen beslissend bewijzen
voorganger (kerkelijk)
wallebakken fuiven, boemelen
waterschap of hoogheemraadschap. Wanneer is deze naam voor het eerst aan dit eerbiedwaardige college gegeven?
weddelken, een houten blokje, dat rond een spijker of schroef kon draaien en waarmee men de deuren van bijvoorbeeld een keukenkastje sloot.
weerkleed in de betekenis van kopie of afschrift
welletjes: het is --
worteltrekken ontleend aan Duits wurzelziehen?
wuiten meerkoet
zegekruid Ik heb wel een idee waar de verklaring gezocht moet worden. De wetenschappelijke naam van de plant luidt: Nicandra phylodes. Volgens De Kinder, G.- 2009 ABC van het plantenlatijn. Melle (eigen uitgave) is de etymologie hiervan: Nicandra →nike + andros = overwinnaar der mensen = de naam van een Griekse dokter uit 275 v. Chr. Physalodes → physales = (lijkt op) lampionplant = opgeblazen (vrucht). De naamgever van de Nederlandse naam heeft simpelweg de vertaling van het eerste deel van de wetenschappelijke geslachtsnaam voor de Nederlandse soortnaam gebruikt. Dat levert een raadselachtige en au fond inadequate naam op.